Olympische Spelen

Dit is de kampioenschapspagina van de Olympische Spelen. In de subnavigatie hiernaast kunt u doorklikken naar de podiumuitslagen in de historie en vervolgens in de getoonde tabel naar de uitslagen van de afzonderlijke edities. U kunt ook de verschillende statistieken van dit kampioenschap bekijken. Na ieder kampioenschap worden de statistieken automatisch bijgewerkt, waardoor ze altijd up-to-date zijn.

Grootste verschil tussen nr.1 en nr.2 bij de Olympische Spelen mannen

Alle tijden zijn omgerekend naar de tijd per 500 meter en berekend in duizendsten. Analoog aan de berekeningen in vierkamp kampioenschappen zoals de WK Allround en WK Sprint. Van deze '500 meter' tijden is het verschil berekend tussen de nummer 1 en 2. Dit verschil is gebruikt om de verschillende afstanden met elkaar te vergelijken.

#	verschil	discipline (jaar)	tijdsverschil	schaatser #1		tijd #1	schaatser #2		tijd #2
1	1,240	10.000 meter (1952)	24,8	Hjalmar Andersen	NOR	16.45,8	Kees Broekman	NED	17.10,6
2	1,100	5000 meter (1952)	11,0	Hjalmar Andersen	NOR	8.10,6	Kees Broekman	NED	8.21,6
3	0,950	5000 meter (1960)	9,5	Viktor Kositsjkin	URS	7.51,3	Knut Johannesen	NOR	8.00,8
4	0,940	5000 meter (1924)	9,4	Clas Thunberg	FIN	8.39,0	Julius Skutnabb	FIN	8.48,4
5	0,935	10.000 meter (1994)	18,70	Johann Olav Koss	NOR	13.30,55	Kjell Storelid	NOR	13.49,25
6	0,860	5000 meter (1928)	8,6	Ivar Ballangrud	NOR	8.50,5	Julius Skutnabb	FIN	8.59,1
7	0,800	5000 meter (1956)	8,0	Boris Sjilkov	URS	7.48,7	Sigge Ericsson	SWE	7.56,7
8	0,795	10.000 meter (1964)	15,9	Jonny Nilsson	SWE	15.50,1	Fred Anton Maier	NOR	16.06,0
9	0,772	5000 meter (1994)	7,72	Johann Olav Koss	NOR	6.34,96	Kjell Storelid	NOR	6.42,68
10	0,750	1000 meter (1980)	1,50	Eric Heiden	USA	1.15,18	Gaétan Boucher	CAN	1.16,68
11	0,700	500 meter (1952)	0,7	Ken Henry	USA	0.43,2	Don McDermott	USA	0.43,9
12	0,650	2x500 meter (2006)	0,650	Joey Cheek	USA	69,760	Dmitrij Dorofejev	RUS	70,410
13	0,604	5000 meter (1998)	6,04	Gianni Romme	NED	6.22,20	Rintje Ritsma	NED	6.28,24
14	0,600	500 meter (1956)	0,6	Jevgeni Grisjin	URS	0.40,2	Rafail Gratsj	URS	0.40,8
15	0,565	1000 meter (1976)	1,13	Peter Mueller	USA	1.19,32	Jørn Didriksen	NOR	1.20,45
16	0,555	10.000 meter (2002)	11,11	Jochem Uytdehaage	NED	12.58,92	Gianni Romme	NED	13.10,03
17	0,533	1500 meter (1968)	1,6	Kees Verkerk	NED	2.03,4	Ard Schenk	NED	2.05,0
18	0,521	10.000 meter (1998)	10,43	Gianni Romme	NED	13.15,33	Bob de Jong	NED	13.25,76
19	0,500	500 meter (1964)	0,5	Terry McDermott	USA	0.40,1	Alv Gjestvang	NOR	0.40,6
20	0,495	5000 meter (2014)	4,95	Sven Kramer	NED	6.10,76	Jan Blokhuijsen	NED	6.15,71
21	0,490	2x500 meter (1998)	0,490	Hiroyasu Shimizu	JPN	71,350	Jeremy Wotherspoon	CAN	71,840
22	0,485	10.000 meter (1948)	9,7	Åke Seyffarth	SWE	17.26,3	Lassi Parkkinen	FIN	17.36,0
23	0,457	5000 meter (1972)	4,57	Ard Schenk	NED	7.23,61	Roar Grønvold	NOR	7.28,18
24	0,456	1500 meter (1980)	1,37	Eric Heiden	USA	1.55,44	Kay Arne Stenshjemmet	NOR	1.56,81
25	0,433	1500 meter (1972)	1,30	Ard Schenk	NED	2.02,96	Roar Grønvold	NOR	2.04,26
26	0,415	1000 meter (1984)	0,83	Gaétan Boucher	CAN	1.15,80	Sergej Chlebnikov	URS	1.16,63
27	0,400	1500 meter (1924)	1,2	Clas Thunberg	FIN	2.20,8	Roald Larsen	NOR	2.22,0
28	0,395	10.000 meter (1980)	7,90	Eric Heiden	USA	14.28,13	Piet Kleine	NED	14.36,03
	0,395	10.000 meter (1988)	7,91	Tomas Gustafson	SWE	13.48,20	Michael Hadschieff	AUT	13.56,11
30	0,370	5000 meter (1936)	3,7	Ivar Ballangrud	NOR	8.19,6	Birger Wasenius	FIN	8.23,3
31	0,340	500 meter (1980)	0,34	Eric Heiden	USA	0.38,03	Jevgeni Koelikov	URS	0.38,37
32	0,333	1500 meter (1936)	1,0	Charles Mathiesen	NOR	2.19,2	Ivar Ballangrud	NOR	2.20,2
33	0,332	5000 meter (2002)	3,32	Jochem Uytdehaage	NED	6.14,66	Derek Parra	USA	6.17,98
34	0,330	5000 meter (1948)	3,3	Reidar Liaklev	NOR	8.29,4	Odd Lundberg	NOR	8.32,7
35	0,310	500 meter (1988)	0,31	Uwe-Jens Mey	GDR	0.36,45	Jan Ykema	NED	0.36,76
36	0,283	1500 meter (2018)	0,85	Kjeld Nuis	NED	1.44,01	Patrick Roest	NED	1.44,86
37	0,266	1500 meter (1928)	0,8	Clas Thunberg	FIN	2.21,1	Bernt Evensen	NOR	2.21,9
38	0,250	500 meter (1972)	0,25	Erhard Keller	FRG	0.39,44	Hasse Börjes	SWE	0.39,69
39	0,235	5000 meter (2010)	2,35	Sven Kramer	NED	6.14,60	Seung-hoon Lee	KOR	6.16,95
40	0,233	1500 meter (1994)	0,70	Johann Olav Koss	NOR	1.51,29	Rintje Ritsma	NED	1.51,99
41	0,231	5000 meter (1992)	2,31	Geir Karlstad	NOR	6.59,97	Falko Zandstra	NED	7.02,28
42	0,228	10.000 meter (2014)	4,57	Jorrit Bergsma	NED	12.44,45	Sven Kramer	NED	12.49,02
43	0,206	1500 meter (2002)	0,62	Derek Parra	USA	1.43,95	Jochem Uytdehaage	NED	1.44,57
44	0,200	500 meter (1924)	0,2	Charles Jewtraw	USA	0.44,0	Oskar Olsen	NOR	0.44,2
	0,200	500 meter (1968)	0,2	Erhard Keller	FRG	0.40,3	Magne Thomassen	NOR	0.40,5
46	0,199	5000 meter (1976)	1,99	Sten Stensen	NOR	7.24,48	Piet Kleine	NED	7.26,47
47	0,196	1500 meter (1976)	0,59	Jan Egil Storholt	NOR	1.59,38	Joeri Kondakov	URS	1.59,97
48	0,195	10.000 meter (1936)	3,9	Ivar Ballangrud	NOR	17.24,3	Birger Wasenius	FIN	17.28,2
49	0,191	10.000 meter (2006)	3,83	Bob de Jong	NED	13.01,57	Chad Hedrick	USA	13.05,40
50	0,185	5000 meter (2018)	1,85	Sven Kramer	NED	6.09,76	Ted-Jan Bloemen	CAN	6.11,61